Een fris zeebriesje uit 1979

(c) Wim de Groot – Soundcloud

Mijn trouwe kompaan, de koptelefoon, rust op mijn oren terwijl ik door oude geluidsfragmenten dwaal. Het zijn echte schatten uit het verleden, verzameld als gouden muntstukken in de kist van een piraat. En vanavond gooien we deze schatkist weer open in een nieuwe aflevering van “Tivoli Road”.

We gaan terug naar die onvergetelijke zomer van 1979. Ik kwam aan boord van het zendschip van Mi Amigo, de Magdalena, op 13 juli. Wim de Groot was al aan boord, en hij was in feite de eerste dj van Mi Amigo 272 die zomer. Hij deed de radio in z’n eentje tot Johan Vermeer en Daniel Bolen kwamen, en uiteindelijk ikke. De sfeer was elektrisch, onvergetelijk.

Fast forward naar 2023, en Wim is nog steeds een stem in de ether, nu op Radio Seabreeze. Maar vanavond hoor je hem in onze podcast, zoals hij toen klonk.
Marc en ik hebben wat pareltjes van fragmenten, rechtstreeks uit die magische zomer aan boord van de Magdalena.

Oh, en voor de fans van het geschreven woord: mijn boek Alles gaat voorbij is deze week gelanceerd op papier. Je kan het bestellen via deze link.

Les petites histoires.

Wat waren ze prachtig, de jaren tachtig!
Surtout het prille begin. In een periode van enkele maanden woonde ik toen samen met vijf mannen. En geen van ons stelde zich de vraag of we wel in orde waren met de afkorting LGBTIQA met of zonder plusminus. Afkortingen van dergelijk formaat bestonden in die prachtige jaren niet eens, laat staan dat we er wakker van lagen.

Ron Vandeplas in Ukkel, 1981

De vijf mannen waarmee ik samenleefde, waren achtereenvolgens: Ron Vandeplas, Peter Hoogland, Bert De Groef, Arie van Loon en Marc Hermans.
Ik heb begrepen dat de meesten van mijn lezers wel houden van les petites histoires achter de namen en de geschiedenis. Ja, ik ook. Dus op jullie speciaal verzoek zal ik deze mannen even nader bespreken:

  • Ron Vandeplas: Ron was de man die mij (toen ik nog bij Radio Contact werkte, zie mijn klaagzangen aldaar) in het Brusselse Noordstation stiekem ontmoette en mij het aanbod deed om bij de nieuwe Radio Maeva te komen werken. Zou ik het zien zitten om in een appartement in Ukkel te gaan wonen, samen met hemzelf? Ik zou dan dagelijks het ochtendprogramma presenteren op het nieuwe station. Maeva zou helemaal gebaseerd zijn op de succesformule van de zeezender Mi Amigo, die ik een aantal maanden daarvoor noodgedwongen had verlaten. Dat betekende dus concreet dat het appartement een soort van zendschip zou zijn, maar dan aan land. Live programma’s enkel in de ochtend en op de middag. Alle andere programma’s gingen op tape staan, die Ron en ik moesten starten tussen het nieuwslezen door.
    Na mijn Magdalena-debacle had ik een paar maanden mijn echte beroep als leraar uitgeoefend in de Sint-Amelbergaschool in Temse, maar sinds het aflopen van die periode was ik werkloos. En op radiogebied had ik inmiddels enkel Radio Plus en Radio Huguette gehad, en daarna was ik bij Radio Contact gesukkeld.
    Hoeveel Franstalige programma’s zijn er per dag? vroeg ik aan Ron.
    Ben je gek, joh? Maeva wordt een soort van Mi Amigo aan land, hoor. 24 uur per dag Nederlandstalige programma’s. Gericht op Vlaanderen.
    Bijna (bijna!) had ik Ron vol op de mond gekust. Wat hij net had gezegd, was eigenlijk het enige argument dat nodig was om mij over de streep te trekken. Zelfs met het toenmalige succes van Contact in het achterhoofd, wist ik zo ook wel, dat een 24-uurs Vlaams station dat nationaal te ontvangen zou zijn, in no time de nummer één in Vlaanderen zou worden.. Ondanks de krankzinnige mix van Vlaamse en Franstalige programma’s door elkaar, was de Nederlandstalige Contact in Vlaanderen op dat moment een vrij groot succes, mede door de professionele aanpak van de meesten van mijn Vlaamse collega’s. Wat zou het dan worden als Maeva begon met enkel Nederlandstalige programma’s, volledig gericht op Vlaanderen?
    Lang verhaal kort: dat was de eerste keer dat ik Ron in het echt ontmoette. Later zou blijken (hoe toevallig kan het toeval zijn?) dat Ron op een paar letters na, dezelfde naam had als ik. Zijn echte naam was Erik Van Hout, en dat klonk heel bekend voor mij. Voor de fans van details: na een paar maanden besloot Ron een nieuwe auto te kopen (een Volvo!) en hij probeerde mij te overhalen om die op mijn naam te zetten, zodat hij bla bla bla, gevolgd door een heel ingewikkeld verhaal zoals alleen een echte vlotte Hollander het kan uitleggen. Ja, ik was nog jong en onbezonnen en naïef en zo.
    En net zoals ik een halfjaar daarvoor onbezonnen op een zendschip was gesprongen zonder enige zwemkunde, zei ik nu ja hoor Ron, geen probleem, koop die auto maar. Zo geschiedde. Eric Van Houte kocht een schitterende Volvo die dus in de praktijk eigenlijk van Erik Van Hout was.
    De Grote Verwarring kon beginnen. Het bleek al gauw dat Ron de boetes opstapelde, en die kwamen dus ook al gauw bij mij thuis. Gelukkig waren mijn ouders inmiddels grote fans geworden (ja van mij, ik was niet voor niets hun oudste zoon – maar ook van Ron, die ze heel graag hoorden op de middag).
    Er waren nog heel wat andere consequenties die voortvloeiden uit het feit van de auto die ingeschreven stond op mijn naam, terwijl hij niet echt van mij was (plus daarbij, ik had ook nog niet eens een rijbewijs). Verzekering en allerlei andere adminstratieve dinges, het zou mij blijven achtervolgen, tot lang nadat Ron weg was bij Maeva.
  • Peter Hoogland: deze man is inmiddels genoegzaam gekend in het hele land, neem ik aan. Meer door zijn Land van Hoogland dan door zijn programma bij Maeva. Maar jullie wilden les petites histoires, nietwaar? Eén van de fijnste verhalen, ook om te vertellen, blijf ik deze vinden: De twee Jongens die de Ontvangst van Maeva gingen Testen. Meer daarover kan je hier lezen.
    De hoofdrol in die anekdote werd gespeeld door de witte Ford Capri van Peter. Diezelfde coole auto speelde ook de hoofdrol in de anekdote van De twee Jongens die door het Rood reden en op een Andere Auto Botsten. Doe mij er aan denken dat ik dat verhaal nog eens uitgebreid vertel. Het komt er op neer dat Peter en ik toen samen de woensdagnacht deden bij Radio Huguette. En aangezien ik in die jaren nog geen auto had (ook geen Volvo!) kwam Peter mij meestal halen in Hamme, waar ik toen nog woonde. Ik vond die ritten van het Waasland naar Neder-over-Heembeek best wel aangenaam. We babbelden meestal constant, met veel enthousiasme, veel gezever en veel gebaren en zo. En die keer (in Asse of alle places!) aan het kruispunt van de Dendermondse Steenweg met de Nieuwstraat, waar een paar honderd meter verder het vervallen huis stond, dat anderhalf jaar of zo later de Witte Villa zou worden, die keer dus kwamen we in de witte Capri van Peter tegen redelijk hoge snelheid aangesjeesd en het licht stond op rood, maar ja (ik zei het eerder al), je bent jong en onbezonnen, dus Peter was te laat bij het rempedaal. Lang verhaal kort: auto kwam van rechts, wij niet en ik herinner me dat ik het zag aankomen en keihard Péééééter! gilde. En mijn bril vloog tegen de voorruit, ik zelf ook een beetje, maar we overleefden het. Gelukkig maar, anders was Maeva een dikke acht maanden later wellicht begonnen met al direct twee disc-jockeys minder.
Peter Hoogland in Asse, 1983

Goed, ik heb al veel te veel gepraat, en er staan nog drie van mijn vijf mannen op het lijstje. Peter mocht overigens in Ukkel Ron vervangen, nadat die was weg gegaan bij Maeva. En nadat Peter uit Ukkel was vertrokken (uiteraard niet bij Maeva, gelukkig), kwam Bert hem opvolgen bij mij op het appartement.
Maar.. laat ik Bert De Groef, Arie van Loon en Marc Hermans houden tot morgen of zo, elk met hun eigen bijhorende petites histoires.
Een teaser heet zoiets.
Of een cliffhanger.