Over fans in alle soorten en maten

Redelijk slecht gezind ben ik vandaag.
Na een min of meer slapeloze nacht (ze komen in alle soorten en maten, maar de nachten met nachtmerries waarin je net niet beseft dat je droomt, dat zijn de ergste) viel ik eindelijk in slaap rond acht uur vanmorgen. Pakweg een halfuur later werd ik alweer wakker door het geroep en gelach van een bende geschiften (ze worden ook wel eens wielertoeristen genoemd) die vlak voor mijn deur een stopplaats hadden. Ik spreek over een stuk of vijftig van die mafketels die in december bij vriestemperatuur op een zondagmorgen gaan fietsen. En maar lawaai maken, en maar moppen vertellen terwijl ze aan hun stopplaats onder mijn slaapkamerraam glühwein of een ander warm drankje stonden te zuipen. Hoeveel vijzen moet een mens kwijt zijn om zo vroeg op zondag in groep te gaan rondrijden?

Ben van Praag en fans (1983)

Tot daar een verklaring voor mijn slecht humeur van vandaag.
Gelukkig is er Net Gemist, de nieuwste uitvinding van de openbare omroep die in samenwerking met het fijne kabelbedrijf hun programma’s van de voorbije zeven dagen aanbieden via de Digitale Televise. Ik zit nu de Laatste Shows van de hele week te bekijken. Ja, die DigiTV is geen slechte zaak. Op het werk zit ik in een soort testgroepje dat thuis de nieuwste digitale snufjes mag uitproberen voor ze live gaan. Ik kan je verzekeren dat er nog leuke dingen op komst zijn.

Op de Maeva-website lees ik een artikeltje van Marc Hermans (ik moet die teksten er zelf opzetten, dus er is geen ontsnappen aan) over de populariteit van Maeva indertijd. Die populariteit was inderdaad overweldigend. Je zal mij nooit horen beweren dat Maeva toen de beste radio was, maar het was wèl de populairste. We hadden fans in alle lagen van de bevolking, in alle euh.. soorten en maten dus. Oude fans, jonge fans, kleuters, fanatiekelingen, gehandicapten (heel vaak blinde fans – dove fans kwamen veel minder voor), getrouwde fans, vrijgezellen, mooie fans, lelijke fans, domme fans, sympathieke fans, ambetante fans, groupies, jaloerse vriendjes, dunne fans, dikke fans, goedgelovige fans, achterdochtige fans en – gelukkig maar – ook gewoon intelligente fans. Die laatste categorie vond ik de aangenaamste om mee om te gaan. 

Fans: Hendrik Rosiers, Denise, Lode en Martine (1983)

Een kwarteeuw later herinner ik me nog altijd namen als Ricky Jenniges (de jongedame die mij ooit een volgeschreven toiletrol opstuurde, maar elke zin was intelligent), Martine Monsaert, Lode en Martine (Lode was de man die het Wekkerwachtlied bedacht en de oorspronkelijke versie ervan zong), Lutgard -ABBA- Smets, Hendrik Rosiers (die ik de bijnaam de zaterdagschrijver gaf, zijn kritische brieven op zaterdag waren altijd weer een hoogtepunt in Wekkerwacht), Hilde D.W. uit Aalst (op wie ik echtwaar zwaar verliefd werd) en nog een aantal anderen op wiens namen ik nu niet kan komen maar die regelmatig zeer intelligente brieven stuurden. 

Toen we vertrokken bij Maeva, heb ik al die intelligente brieven mee naar huis genomen – ik had ze in de loop van enkele jaren netjes bijgehouden. ’t Waren twee vuilniszakken vol, geloof ik. Later moest ik nog meer gaan filteren (opruimen van de zolder, je kent dat wel) en de aller-intelligentste brieven bleven uiteindelijk over in een plastic zakje van de Werka uit het Koopcentrum in Sint-Niklaas. Nog later, tijdens een periode dat ik psychisch mijn verleden probeerde te vergeten, heb ik heel drastisch die Werka-zak met het huisvuil meegegeven. De momenten dat ik daarvan spijt heb, komen steeds minder vaak voor. Je moet zuinig zijn met spijt in het leven.

%d bloggers liken dit: